Europese beurzen overwegend lager gesloten

 De Europese beurzen zijn woensdag overwegend lager gesloten, waarbij vooral de technologienamen terrein verloren. Dit nadat de Amerikaanse regering dreigde met strengere beperkingen voor de sector.

De breed samengestelde STOXX Europe 600 index daalde uiteindelijk 0,5 procent tot 514,83 punten, de Duitse DAX presenteerde een verlies van 0,4 procent op 18.437,30 punten en voor de Franse CAC 40 resteerde een min van 0,1 procent op 7.570,81 punten. De Britse FTSE 100 sloot 0,3 procent hoger op 8.187,46 punten.

De verkoopdruk van de sector technologie was ook te zien aan de andere kant van de oceaan, waar de Nasdaq Composite rond het Europese slot ruim 2 procent verloor. Amerikaanse aandelen noteerden ook lager omdat investeerders uit megacap-technologieaandelen naar de bredere markt bleven roteren.

Dit ondanks toenemend optimisme dat de Federal Reserve de rente dit jaar meerdere keren zal verlagen. “Na meevallende [Amerikaanse] inflatiecijfers en ‘dovish’ woorden van Fed-voorzitter Powell rekenen we in de VS op drie renteverlagingen”, zei ook investment manager Simon Wiersma van ING.

Fed-gouverneur Christopher Waller gelooft dat de centrale bank het moment nadert waarop een verlaging van de rente gerechtvaardigd is, maar wil nog steeds meer bewijs dat de inflatie vertraagt voordat hij bereid is stappen te ondernemen.

De markten zijn derhalve niet gerust op de economische ontwikkelingen in China en wat deze betekenen voor de bedrijfsresultaten. Ook vraagt de markt zich af of de Bank of England wel bereid is de rente te verlagen, met de Britse inflatiedata over juni, die vandaag verschenen. De Britse inflatie bleef in juni op 2,0 procent staan, waarvoor 1,9 procent was verwacht.

De olieprijzen stegen, nadat bleek dat de olievoorraden in de VS waren gedaald waar gerekend werd op stabilisering na de forse dalingen in de voorgaande weken. Een vat Brentolie werd 1,6 procent duurder op 85,05 dollar.

De rentes bleven dicht bij huis en steeg de euro/dollar naar 1,0926.

Stijgers en dalers

In Frankfurt was de grootste winst voor BASF en steeg 3,0 procent.

Adidas steeg met 2,1 procent. Het bedrijf verhoogde de omzet- en winstverwachtingen voor dit jaar na beter dan verwachte resultaten over het tweede kwartaal. Volgens Stifel is Adidas in staat om in de tweede helft van het jaar een dubbelcijferige groei te laten zien en daarmee kan het de concurrentie nog altijd achter zich houden.

Allianz verloor 0,1 procent. Het bedrijf  heeft met de inlijving van het belang van 51 procent in het Singaporese Income Insurance zichzelf volgens Jefferies op de kaart gezet in de regio Azië-Pacific. Met de transactie was 1,5 miljard euro gemoeid.

Daimler Truck daalde met 1,7 procent. Het bedrijf meldde bij de voorlopige cijfers over het tweede kwartaal zwakte in Europa en afschrijvingen in China. Noord-Amerika liet daarentegen goede resultaten zien. JPMorgan verwacht niet eerder dan in 2025 een herstel in Europa.

Grootste daler was wapenfabrikant Rheinmetall, dat 5,8 procent verloor.

In Parijs ging Carrefour aan kop met een winst van 1,9 procent, gevolgd door Eurofins Scientific wat 1,5 procent kon bijschrijven.

Essilorluxottica verloor 4,5 procent, nadat het bedrijf bekendmaakte het brillenmerk Supreme uit New York voor 1,5 miljard dollar te kopen.

Teleperformance was de grootste verliezer en moest 7,5 procent inleveren.

In Amsterdam viel de daling op van de chippers en met name ASML, wat bijna 11 procent verloor. ASML heeft het afgelopen kwartaal een lagere winst en omzet geboekt, maar presteerde toch beter dan verwacht. Zorgen om Chinese handelsbeperkingen vanuit de VS, drukten echter op het aandeel. 

De beurs in Brussel wist in het groen af te sluiten geholpen door Solvay en Syensqo die 4,6 en 3,0 procent konden bijschrijven.

BHP kwam voor 2025 wat Jefferies betreft met een teleurstellende outlook voor 2025 voor de productie van cokeskool. De volumes zullen onder druk blijven staan. Desondanks won het aandeel woensdag 0,7 procent. 

Tussenstanden Wall Street

Rond het slot van de Europese beurzen noteerden de Amerikaanse beurzen verdeeld , waarbij de Dow Jones 0,5 procent terreinwinst boekte, de S&P 500 1,4 procent verloor en de Nasdaq 2,7 procent moest inleveren.