PFZW verkoopt voor €600 miljoen aan gokaandelen

Het PFZW (Pensioenfonds Zorg en Welzijn), het op één na grootste pensioenfonds van Nederland, heeft hun aandelen van min of meer 60 gokbedrijven verkocht. De waarde van deze verkoop ligt op een slordige €600 miljoen.

Dit kan als een grote som klinken, maar in feite is het slechts 0,3% van het totale portfolio van het PFZW, dat in totaal meer dan €240 miljard aan beheerd vermogen heeft.

Waarom ze deze beslissing hebben genomen is duidelijk. Na een enquête waarin bleek dat de meerderheid van de leden wilde dat het fonds zich terugtrok uit de gokindustrie, besloot PFZW om niet meer te beleggen in bedrijven die meer dan 1% van hun omzet uit gokactiviteiten halen.

Een vergelijkbaar resultaat is ook te zien bij het ABP (Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds), het grootste pensioenfonds van ons land. Na een enquête bij hun leden, werd duidelijk dat ook daar meer dan de helft van de leden wilde dat het fonds zich terugtrok uit gokbedrijven. Het ABP nam niet meteen actie, maar in maart dit jaar zette het wel gokbedrijven op hun uitsluitingslijst.

De beslissingen van het PFZW en het ABP lijken dus niet gebaseerd te zijn op logische, technische analyse maar eerder op het sentiment van de leden. Een vreemde beslissing als we naar de data kijken, want er komen steeds meer online casino’s op de markt en de Nederlandse gokmarkt groeit gestaag sinds de legalisering ervan in 2019.

Bij een goksites vergelijking van Joren Verdoes van Techopedia, komt naar voren dat er op dit moment zelfs tientallen kwalitatieve online casino’s beschikbaar zijn voor Nederlandse spelers.

Het PFZW kwam recent nog met andere wijzigingen op de proppen die interessant kunnen zijn voor beleggers in hun fonds. Zo hebben ze strengere normen opgesteld wat betreft beleggingen in staatsobligaties. Meer specifiek zal het PFZW alleen beleggen in staatsobligaties of bedrijven uit landen die voldoen aan de minimale vereiste standaarden voor democratisch bestuur en vrijheid. Wat bepaalt wordt door de Economist Intelligence Unit’s Democracy Index en de rapporten van Freedom House.

Daarnaast zijn ook duurzaamheid en het welzijn van het klimaat van groter belang geworden. Het bestuur van PFZW heeft immers gekozen voor “Biodiversiteit en Natuur” als derde impactthema, naast “Mensen en Gezondheid” en “Klimaat”.

Op het vlak van klimaatkwesties heeft het fonds zich een concreet doel opgelegd. Binnen een zestal jaar, dus tegen 2030, wil het PFZW, 15 megaton CO2 hebben vermeden via impactinvesteringen. Het is voorlopig alleen nog niet duidelijk hoe deze impact precies zal worden gemeten. Voor de andere twee impactthema’s zijn nog geen specifieke doelen vastgesteld.

Om te voldoen aan hun nobele klimaatdoel, zal PFZW starten met een aantal nieuwe mandaten:

• Een Climate Energy Transition Solutions-mandaat, gericht op directe investeringen in bedrijven en projecten die de energietransitie versnellen
• Een infrastructuurstrategie
• Een wereldwijd duurzaamheidsmandaat dat zich richt op hoge kwaliteitsbeleggingen en obligaties

Pensioenregulator, De Nederlandsche Bank, had wel wat kritiek over de manier waarop het PFZW ESG-risico’s meet, indicatoren vaststelt en uiteindelijk beoordeelt hoe effectief deze indicatoren werkelijk zijn.

Het PFZW gaf hierop aan dat de meting van deze ESG-risico’s nog volop in ontwikkeling was. De beschikbare ESG-data neemt gestaag toe dankzij de Europese CSRD-wetgeving (Corporate Sustainability Reporting Directive), maar is voorlopig nog niet op het gewenste niveau.

Het moge dus duidelijk zijn dat het fonds zich tegenwoordig niet voornamelijk richt op wat het hoogste rendement oplevert voor hun beleggers, maar eerder op een combinatie van ecologische en sociale normen. Dit werd uiteraard deels ingegeven door de stem van de meerderheid van de beleggers, maar hoe dit zich in de toekomst zal ontwikkelen, is voorlopig nog koffiedik kijken.