Olieprijs daalt
De olieprijs is dinsdag gedaald na de stijging van maandag, ondanks de aankondiging van de regering in oostelijk Libië dat de olieproductie in het land zal worden stilgelegd voor onbepaalde tijd.
De future voor een vat West Texas Intermediate ruwe olie daalde 2,4 procent tot 75,53 dollar per vat en Brent-olie werd 1,7 procent goedkoper op 78,95 dollar.
Beide prijzen stegen maandag nadat strijders van Hezbollah in Libanon in het weekend raketten afschoten naar Israël en vice versa, en na de eerste berichten van productiebeperkingen in Libië.
De regering in oostelijk Libië stopt de productie als gevolg van een politiek conflict met de regering in het westen van het land, waardoor de totale olieproductie van de lidstaat van oliekartel OPEC mogelijk lager zal uitvallen.
In juli produceerde het land 1,175 miljoen vaten olie per dag, volgens OPEC, vooral voor de Europese markten. Daarvan produceert het oostelijke landsdeel 1 miljoen vaten, dus het leeuwendeel, zei Ipek Ozkardeskaya van Swissquote Bank.
Hoewel de olieprijs maandag steeg, zal is het opwaartse potentieel mogelijk beperkt. Libië is sterk afhankelijk van olie-export voor zijn inkomsten, waardoor het risico op een langdurige productieverlaging wordt beperkt, volgens Barbara Lambrecht van Commerzbank.
De olieprijs staat intussen onder druk door zorgen over de vraag. Een mogelijke verhoging van de olieproductie door OPEC+ vanaf oktober ligt op tafel en dat beperkt de opwaartse ruimte voor de olieprijs waarschijnlijk volgens Commerzbank.
Goldman Sachs nam als “redelijke aanname” een daling van de productie met 600.000 vaten per dag in september en met 200.000 vaten in oktober door de problemen in Libië.
Woensdag volgen wekelijkse cijfers over de Amerikaanse olievoorraden. Een daling van 2,1 miljoen vaten wordt verwacht voor de afgelopen week.
