Valuta: goed nieuws uit China kan euro helpen
De euro/dollar noteerde vrijdag aan het einde van de ochtend licht hoger op 1,0946, maar schommelde afgelopen week tussen de 1,09 en 1,10 dollar en kan in beweging komen wanneer China dit weekend met meer stimulus komt. Dit zeiden valutastrategen van ING.
Volgens ING heeft de Europese munt nog steeds te maken met neerwaartse risico’s. Zo kunnen de spanningen in het Midden-Oosten negatief zijn voor de procyclische, oliegevoelige euro. De ontwikkelingen in China in het weekend zullen waarschijnlijk belangrijk zijn voor het tactische beeld van de euro/dollar, gezien de neiging van de euro om goed te reageren op positieve ontwikkelingen in China, zei valutastrateeg Francesco Pesole.
“Goed nieuws uit Beijing kan helpen om begin volgende week een bodem te leggen op 1,0900”, volgens de expert van ING.
De macrokalender voor de eurozone biedt voorlopig niet veel input voor de markt, en de ECB bevindt zich in een rustige periode in de aanloop naar het rentebesluit van volgende week.
Analisten van UniCredit sluiten echter niet uit dat de euro vanmiddag onder druk zal komen te staan, na het verschijnen van de Amerikaanse producentenprijzen en het consumentenvertrouwen zoals gemeten door de Universiteit van Michigan. Daarbij is een daling tot onder 1,09 niet uitgesloten, volgens de Italiaanse bank.
Donderdag verloor de Europese munt al even terrein nadat de Amerikaanse inflatie hardnekkiger bleek dan gedacht. Dit vergroot de kans dat de Federal Reserve de rente niet meer met 50 maar met 25 basispunten zal verlagen bij de komende rentebesluiten.
Toch is de ruimte voor een verdere ‘dovish’ herprijzing beperkt, zei Pesole van ING.
“De markten gaan uit van [een gemiddelde] versoepeling van 45 basispunten tegen het einde van het jaar, dus iets minder dan twee verlagingen van 25 basispunten. Drie FOMC-leden (John Williams, Austan Goolsbee, Tom Barkin) hebben de tegenvallende inflatiecijfers grotendeels van zich afgeschud, waarbij alleen de havik, Raphael Bostic, openstaat voor een pauze in de versoepeling”, zei de expert van ING, die denkt dat de correlatie tussen de rentebewegingen en de dollar minder sterk zal zijn tot aan de Amerikaanse verkiezingen.
Dat leek donderdag ook het geval: de euro daalde even tot rond de 1,0900, maar wist vervolgens weer op te krabbelen tot circa 1,0940 donderdagavond.
De Koreaanse won noteerde vanochtend vrijwel stabiel ten opzichte van de dollar op 1.350,60 nadat de Bank of Korea de basisrente met 25 punten verlaagde tot 3,25 procent.
